Let op: wij zijn aanstaande maandag 1 april gesloten

E. Cuniculi

Encephalitozoön cuniculi

E. cuniculi staat voor Encephalitozoön cuniculi. Het is een veel voorkomende infectieziekte bij het konijn. E. cuniculi is een eencellige (prozoaire) parasiet. E. cuniculi komt over de hele wereld voor. De parasiet vormt sporen en deze komen via de urine van het konijn in de omgeving terecht. Via deze sporen wordt de infectie overdragen.
 

De belangrijkste symptomen van E. Cuniculi bij het konijn zijn neurologisch (hersen/zenuw problemen). Verlammingen en een scheve kop zien we veel bij konijnen met E.Cuniculi. Echter, een konijn krijgt niet altijd symptomen na besmetting met E. Cuniculi.
 

In sporadische gevallen kan E. cuniculi een infectie bij de mens veroorzaken, maar alleen bij mensen met verminderde weerstand, bijvoorbeeld bij AIDS of na een orgaantransplantatie.  Er is echter nooit een directe link aangetoond tussen een ziektegeval bij de mens en een konijn gehouden als huisdier. Het risico op encephalitozoönose bij de mens door contact met hun konijn is dus zeer klein.

Het is erg lastig om E. cuniculi te voorkomen. Sommige konijntjes zijn al drager bij aanschaf en kunnen pas veel later een opflakkering krijgen! Er bestaat jammer genoeg geen vaccinatie tegen E. cuniculi. Een goede hygiëne is belangrijk en geef geen zelf geplukt ongewassen groenvoer (kan besmet zijn door de urine van wilde konijnen)

Hoe wordt een konijn besmet met E. Cuniculi?

De sporen van de parasiet worden opgenomen, meestal via voer dat besmet is met urine van geïnfecteerde dieren. De sporen komen in het lichaam via de darm en gaan vervolgens via de bloedbaan en lymfebanen naar meerdere organen. De parasiet gaat zich meestal lokaliseren in de nieren en de hersenen, en soms in de longen, lever en hartspier. De parasiet kan ook via de placenta doorgegeven worden als het konijn drachtig is, zodat de jongen al in de baarmoeder besmet worden.

Welke symptomen krijgt een konijn besmet met E. Cuniculi?

Konijnen die besmet worden met E. cuniculi worden niet altijd ziek. Wordt het konijn wel ziek van de besmetting, dan kunnen lichte tot zeer ernstige klachten ontstaan, die soms zelfs leiden tot sterfte of de beslissing tot euthanasie.

Symptomen die op kunnen treden:

  • Omvallen, omrollen en moeilijk of niet overeind kunnen komen.
  • Scheve kop (= draaihals of torticollis) en rondjes naar 1 kant lopen.
  • Verlammingen.
  • Krampen en spiertrillingen.
  • Toevallen en coma.
  • Vermageren en veel drinken en plassen (als gevolg van nierfalen).

Hoe kan een konijn met E. Cuniculi behandeld worden?

In eerste instantie willen we weten wat de oorzaak is van de ziekte, zodat we een gepaste behandeling kunnen starten. De diagnose E. cuniculi is echter niet met zekerheid te stellen! Er kan een bloedonderzoek gedaan worden. Als de uitslag negatief is, weten we dat er geen antilichamen tegen E. cuniculi aanwezig zijn. Bij acute gevallen is het vaak nog te vroeg om antilichamen in het bloed terug te vinden en is te uitslag dus niet betrouwbaar. Als de uitslag positief is weten we dat het konijn ooit in contact is geweest met de parasiet, maar weten we niet of het ook de oorzaak is van de ziekte. Veel gezonde konijnen hebben namelijk ook een positieve bloeduitslag.

Het is belangrijk de behandeling zo snel mogelijk te starten! We geven vaak meerdere medicijnen, omdat andere ziekten zoals een binnenoorontsteking dezelfde klachten kan geven. Dit doen we op de volgende manier:

  • Fenbendazole: dit is een medicijn tegen de parasiet E. cuniculi. Het moet minimaal een maand gegeven worden. Ook de hokgenoten moeten behandeld worden.
  • Antibiotica: tegen een binnen/ middenoor ontsteking. Dit kan dezelfde klachten geven als E. cuniculi.
  • Zorg voor een comfortabele warme omgeving, eventueel met kruik of warmtelamp. Zorg ervoor dat het konijn zich geen pijn kan doen of verwonden als het omrolt of ongecontroleerde bewegingen maakt.
  • Als het konijn niet zelf eet, zullen we meerder keren per dag voeding toe moeten dienen. Dit kan door middel van zachte voeding, wij gebruiken hiervoor Critical care.
  • Pijnstillende en ontstekingsremmende medicijnen.
  • Andere medicatie: medicatie voor het maagdarmstelsel, vitamines en infuus.
Terug naar Aandoeningen